Uitleg
De snelheid op t = 4 kun je vinden door een rij van
differentiequotiënten te berekenen op intervallen met als linkergrens 4 en als rechtergrens 4 + h, dus ietsje meer dan 4.
Die rij van differentiequotiënten benadert een bepaald getal naarmate
de rechtergrens dichter bij de linkergrens komt, dus h naar 0 gaat.
Dit getal is dan de snelheid op t = 4.
De koorde PQ waarvan het hellingsgetal zo'n differentiequotiënt is, gaat over in een raaklijn aan de grafiek.
Je noemt de gevonden waarde het differentiaalquotiënt op dat tijdstip.
Dit differentiaalquotiënt is het hellingsgetal van de raaklijn aan de grafiek van de functie.
|
|