INTEGRAALREKENING | Overzicht |
Integreren | |
Voorbeeld
Gegeven is de functie f met f(x) = 0,5x4 – 4x2. Antwoord
Bij het primitiveren gebruik je in feite twee integreerregels: de constante-regel en de somregel. Maar waarschijnlijk let je daar nauwelijks op, een functie zoals dit is eenvoudig te primitiveren: De gevraagde integraal is: = = –11,7. |
|
Inleiding | |
Uitleg | |
Theorie | |
Voorbeeld 1 | |
Voorbeeld 2 | |
Voorbeeld 3 | |
Opgaven | |
![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() |
![]() |