ANALYTISCHE MEETKUNDE | Overzicht |
Afstanden | |
Voorbeeld
Gegeven is de lijn l: 2x + 3y = 6. AntwoordBeide lijnen hebben een vergelijking van de vorm 2x + 3y = p omdat je evenwijdig zijn aan l. Je hoeft alleen maar twee punten te vinden die precies 2 eenheden van l af liggen...
Die afstand moet je loodrecht op l afpassen en dat doe je natuurlijk in een roosterpunt van l, bijvoorbeeld in (0,2). De lijn m die in dat punt loodrecht op l staat heeft vergelijking: 3x – 2y = –4.
De snijpunten zijn in twee decimalen nauwkeurig: S1(1,11;3,66) en S2(–1,11;0,34). Met een constructie in GeoGebra kun je de antwoorden controleren, zie GeoGebra VI. |
|
Inleiding | |
Uitleg | |
Theorie | |
Voorbeeld 1 | |
Voorbeeld 2 | |
Voorbeeld 3 | |
GeoGebra VI | |
Opgaven | |