|   Theorie
Wanneer je een periodiek verschijnsel kunt beschrijven met een sinusoïde kun je daarbij een passend functievoorschrift maken door 
 
Er zijn dan twee functievoorschriften mogelijk:de evenwichtslijn y = d te bepalen;de amplitude a (maximale uitwijking van de evenwichtslijn) te bepalen;de periode p te bepalen;de horizontale verschuiving (t.o.v. de standaardgrafiek) c te bepalen. 
Let er wel op dat de waarden voor a, b en d bij beide grafieken hetzelfde zijn, maar de waarden van c niet. De verschuiving t.o.v. de standaardsinus is immers anders dan t.o.v. de standaardcosinus.f(x) = a sin(b(x – c1)) + d waarin b = 
f(x) = a cos(b(x – c2)) + d waarin b = 
 |  |