PERIODIEKE FUNCTIES Overzicht
Radialen

Voorbeeld 2

Bepaal met je rekenmachine sin(10°), sin(100°), sin(1000°) en sin(10000°).

Waarom zijn de laatste twee uitkomsten hetzelfde?

Antwoord

De draaihoek is gegeven in graden. Zorg er voor dat je rekenmachine met graden rekent.

Ga na, dat sin(10°) ≈ 0,174; sin(100°) ≈ 0,985; sin(1000°) ≈ –0,985 en
sin(10000°) ≈ –0,985.

De grafiek van y = sin(x) met x in graden heeft een periode van 360°. De laatste twee uitkomsten zijn gelijk omdat tussen 1000° en 10000° precies 9000 = 25 · 360° zit. Dat is precies 25 perioden.

        
Inleiding
Uitleg
Theorie
Voorbeeld 1
Voorbeeld 2
Voorbeeld 3
Eenheidscirkel
Opgaven