PERIODIEKE FUNCTIES Overzicht
Periodiciteit
Sorry, de GeoGebra Applet start niet. Zorg dat Java 1.4.2 (of een nieuwere versie) actief is. (klik hier om Java nu te installeren)

Voorbeeld 3

Je bekijkt een wiel dat in 10 seconden ronddraait.
Punt A is helemaal rechts op het tijdstip t = 0. Gegeven is dat de straal MA van het wiel 100 centimeter is. De hoogte h(t) van punt A meet je ten opzichte van de as van het wiel, zodat op tijdstip t = 0 de hoogte ook 0 cm is.

Hoe hoog is het punt op tijdstip t = 42?

Antwoord

h(t) heeft een periode van 10. Dus is de hoogte op t = 42 hetzelfde als de hoogte op t = 2.

Punt A heeft dan 2 10   van de cirkel doorlopen en is dus 2 10  ·360° = 72° gedraaid.

Voor het berekenen van de hoogte heb je de sinus nodig:

sin(72°)= h 100  en dus: h = 100 · sin(72°) ≈ 95,1 cm.

Dus is op t = 42 de hoogte ongeveer 95 cm.

Inleiding
Uitleg
Theorie
Voorbeeld 1
Voorbeeld 2
Voorbeeld 3
Opgaven