Theorie
Bij het berekenen van oppervlaktes en lengtes kun je gebruik maken van integralen (neem telkens aan dat f op [a,b] bestaat en differentieerbaar is):
- Geldt op [a,b] dat f(x) ≥ 0, dan is de oppervlakte van het vlakdeel V tussen de grafiek van f en de x-as op dat interval gelijk aan:
opp(V) =
Is f(x) ≤ 0 op [a,b], dan is: opp(V) =
- Geldt op [a,b] dat f(x) ≥ g(x), dan is de oppervlakte van het vlakdeel V dat door beide grafieken wordt ingesloten op dat interval gelijk aan:
opp(V) =
-
De booglengte van de grafiek van f op interval [a,b] is:
L =
|
|