WERKEN MET FORMULES Overzicht
Formules gebruiken

Voorbeeld

Haakjes uitwerken is gebaseerd op:
a  · ( x  +  y ) =  a  ·  x  +  a  ·  y
en
( a  +  b ) · ( c  +  d ) =  a  ·  c  +  a  ·  d  +  b  ·  c  +  b  ·  d

Voorbeelden van haakjes uitwerken zijn:

  • –2 · (x – y) = –2x – –2y = –2x + 2y
  • x · (3 – x) = x · 3 – x · x = 3x – x2
  • 2 – (x – 5) = 2 – x – –5 = 2 – x + 5 = 7 – x
  • (x + 3)(x – 5) = (x + 3)(x + –5) = x · x + x · –5 + 3 · x + 3 · –5 = x2 – 2x – 15
  • (p – 5)2 = (p – 5)(p – 5) = p2 – 5p – 5p + 25 = p2 – 10x + 25

Let er wel op dat het uitwerken van haakjes geen blind automatische wordt. Soms kun je met een formule juist veel eenvoudiger werken als je de haakjes gewoon laat staan.
Denk ook steeds na of het uitwerken wel is toegestaan.

  • Goed: x+6 2 = (x+6) 2 = x 2 + 6 2 = 1 2 x+3
  • Fout: 6 x+2 = 6 (x+2) = 6 x + 6 2

Inleiding
Uitleg
Theorie
Voorbeeld 1
Voorbeeld 2
Voorbeeld 3
Voorbeeld 4
Practicum
Opgaven