Voorbeeld
Je zet € 1000 op de bank tegen een rente van 4% per jaar.
Dit kapitaal wordt elk jaar 4% groter (als je verder niets doet).
Het wordt daarom elk jaar met 1,04 vermenigvuldigd.
En t jaar nadat je het kapitaal op de bank hebt gezet is het exponentieel gegroeid tot:
K = 1000 · 1,04t euro.
De tabel laat zien hoe snel je kapitaal groeit:
t (jaren) | 0 | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 |
K (euro) | 1000,00 | 1040,00 | 1081,60 | 1124,86 | 1169,86 | 1216,65 | 1265,32 |
De tijd waarin het kapitaal verdubbelt heet de verdubbelingstijd.
Om die verdubbelingstijd uit te rekenen los je de exponentiële vergelijking
1000 · 1,04t = 2000
op. Met inklemmen kun je uitrekenen dat de verdubbelingstijd 17,673 jaar is, dat is 17 jaar en 242 dagen...
Heb je gezien dat je voor de verdubbelingstijd eigenlijk alleen maar 1,04t = 2 hoeft op te lossen?
|
|