VECTORMEETKUNDE Overzicht
Hoeken en lijnen
Sorry, de GeoGebra Applet start niet. Zorg dat Java 1.4.2 (of een nieuwere versie) actief is. (klik hier om Java nu te installeren)

Voorbeeld

Bereken de afstand van punt A(–2,1) tot de lijn l: 4x + 3y = 12.

Antwoord

Beweeg je P over lijn l, dan zie je dat de kortste vector AP  precies een veelvoud van de normaalvector van de lijn is. Die normaalvector is dus de richtingsvector van de loodlijn door A op l.

De normaalvector van l is ( 4 3 ) .
Een vectorvoorstelling van de loodlijn door A(–2,1) op l is daarom:
( x y )  =  ( 2 1 )  + t ·  ( 4 3 ) .

Het snijpunt S van deze loodlijn en l vind je door een willekeurig punt van de loodlijn
(–2 + 4t,1+3t) in de vergelijking van de lijn in te vullen. Als je S hebt gevonden kun je met de afstandsformule de lengte van lijnstuk AQ berekenen...

Inleiding
Uitleg
Theorie
Voorbeeld 1
Voorbeeld 2
Voorbeeld 3
Opgaven