FUNCTIES EN GRAFIEKEN Overzicht
Karakteristieken

Voorbeeld 3

Dit is een grafiek van de functie f(x)= 4 x 2 16 x 2 100 .
Hij is gemaakt met een grafische rekenmachine met standaardvenster.

Bepaal alle karakteristieken en het bereik van f.

Antwoord

Eerst maar even kijken of er nulpunten en asymptoten zijn:

  • f(x) = 0 levert op: 4 x 2 16 x 2 100 =0 en dus: 4x2 – 16 = 0.
    Er zijn daarom precies twee nulpunten (–2,0) en (2,0).
  • Je deelt door x2 – 100 en dus ontstaan er problemen als x2 – 100 = 0.
    Dit betekent dat x = 10 en x = –10 wellicht verticale asymptoten zijn. Door getallen in de buurt van 10 dan wel –10 in te vullen, merk je dat dit echt twee vericale asymptoten zijn.
  • Grote getallen (of grote, negatieve getallen) invullen en de functiewaarden naderen naar 4. Dus y = 4 is de horizontale asymptoot.

Inleiding
Uitleg
Theorie
Voorbeeld 1
Voorbeeld 2
Voorbeeld 3
Opgaven