FUNCTIES EN GRAFIEKEN Overzicht
Het begrip functie

Uitleg

Je ziet op veel plaatsen windmolens om elektriciteit op te wekken. Het vermogen dat zo'n molen levert hangt af van de dubbele wieklengte D en van de windsnelheid v. Het vermogen van een zeker type windmolen wordt gegeven door de formule:

P = 0,00013 · v3 · D2

Hierin is P het (gemiddelde) vermogen in kW (kiloWatt), v de (gemiddelde) windsnelheid in m/s (meter per seconde) en D de diameter van de cirkel die de uiterste punt van een wiek maakt bij het draaien in m (meter).
Bij een diameter van 20 m en een windsnelheid van 10 m/s is het vermogen P = 0,00013 · 103 · 402 ≈ 52 kW.

Je bekijkt een windmolen met wieken van 10 m.
Je wilt snel een tabel maken van het vermogen bij verschillende windsnelheden.
Vul dan D = 20 in en schrijf de formule als P = 0,052 · v3.
Om extra duidelijk te maken dat P afhangt van v schrijf je liever: P(v) = 0,052 · v3.
Zoiets heet een functievoorschrift en P is een functie van v.
Bij elke waarde van v hoort precies één uitkomst: bij v = 10 hoort P = 52.
Dit schrijf je korter als P(10) = 52.
En in plaats van uitkomst noem je 52 een functiewaarde.

Inleiding
Uitleg
Theorie
Voorbeeld 1
Voorbeeld 2
Voorbeeld 3
Opgaven