HYPOTHESEN TOETSEN Overzicht
Bijzondere toetsen

Voorbeeld

Als je wilt onderzoeken of het drinken van veel sterke koffie invloed heeft op de score voor een toets dan kun je een verschiltoets uitvoeren.

Je neemt dan bijvoorbeeld 2 groepen van 30 proefpersonen. Groep A krijgt sterke koffie en groep B een placebo (fopmiddel). Daarna meet je hun scores voor een toets. Die scores zullen waarschijnlijk normaal zijn verdeeld. Neem bijvoorbeeld aan dat de scores A van groep A normaal zijn verdeeld met een gemiddelde van 75 punten en een standaardafwijking van 12.
De scores B van groep B zijn normaal verdeeld met een gemiddeld van 65 punten en een standaardafwijking van 10.

Nu is het verschil V=AB  van beide scores ook normaal verdeeld met gemiddelde μ V = μ A μ B  en standaardafwijking σ V = σ A 2 + σ B 2 .

Wanneer het drinken van koffie de scores niet verhoogt, zou het verschil van A en b gemiddeld 0 moeten zijn. De nulhypothese is daarom H0: μ V =0  met σ V 15,6 .
De alternatieve hypothese luidt H1: μ V >0  met σ V 15,6 .

Je kiest nu een onbetrouwbaarheidsdrempel (bijvoorbeeld 5%) en kunt dan op grond van de uitslag van je meting vaststellen of het drinken van koffie de scores significant verbeterd. Een leuk onderzoekje om zelf uit te voeren...

Inleiding
Uitleg
Theorie
Voorbeeld 1
Voorbeeld 2
Voorbeeld 3
Opgaven