WERKEN MET FORMULES | Overzicht |
Vergelijkingen | |
VoorbeeldIn de vergelijking 2(x – 4)2 = 32 komt de onbekende x maar op één plek voor. Je kunt hem oplossen met terugrekenen. AntwoordEerst even uitzoeken hoe je heen rekent vanuit x: x 32 Vervolgens ga je terugrekenen: x 32 Je vindt: x = en dus x = 0 of x = 8 En weer controleren door invullen! |
|
Inleiding | |
Uitleg | |
Theorie | |
Voorbeeld 1 | |
Voorbeeld 2 | |
Voorbeeld 3 | |
Voorbeeld 4 | |
Practicum | |
Opgaven | |