Uitleg
In een laboratorium zit in een petrischaaltje een kweek van 6 miljoen bacteriën.
Elk uur verdubbelt het aantal bacteriën (door celdeling).
Van het aantal bacteriën B per uur kun je een grafiek maken.
Je berekent de waarden van B zo:
0 uur: 6 mln
1 uur: 6 · 2 = 12 mln
2 uur: 6 · 2 · 2 = 6 · 22 = 24 mln
3 uur: 6 · 2 · 2 · 2 = 6 · 23 = 48 mln
4 uur: 6 · 24 = 96 mln
t uur: 6 · 2t
Dus geldt de formule: B = 6 · 2t.
Omdat de invoervariabele t (tijd in uren) een exponent is, heet dit een exponentieel verband.
Het getal 6 is het startgetal.
Het getal 2 is de factor waar je steeds mee vermenigvuldigt, de groeifactor.
Deze groeifactor is de vaste vermenigvuldigingsfactor van B bij een toename van t met 1 eenheid.
Bij elk exponentieel verband is sprake van zo'n groeifactor.
|