Differentiaalquotiënt

Antwoorden bij de opgaven

    1. B
    2. interval differentiequotiënt
      [3; 3,1] 10,98
      [3; 3,01] 10,818
      [3; 3,001] 10,8018
      [3; 3,0001] 10,80018
    3. 10,8 m/s
    4. C
    1. A en C
    2. B
    3. interval differentiequotiënt
      [1; 1,1] 1,625
      [1; 1,01] 1,515...
      [1; 1,001] 1,501...
      [1; 1,0001] 1,500...
    4. 1,5
    1. `-1/2`
    2. `y=-1/2 x + 4`
    3. GR: Y1=5–√(2X) en dan dy/dx uitrekenen met X=2.
    1. 2 invullen in `f(x)`.
    2. `f'(2)=2,4`
    3. `(-2; 3,4)`
    4. `(0,1)`
    1. `(Delta y)/(Delta t) = (4,9*5^2 - 4,9*0^2)/(5 - 0) = 24,5` m/s
    2. 49 m/s
    3. Na ongeveer 10,1 s is de steen op de grond. De snelheid is dan ongeveer 99,0 m/s.
      Dat is ongeveer 356 km/h!
  1. `4/2=2`
    1. `f'(2)=8`
    2. De grafiek is stijgend voor `x=2`.
    3. `y=8x - 4`
    1. `g'(1) = -4`
    2. In `(-1,4)`. De grafiek is puntsymmetrisch t.o.v. `(0,0)`.
    3. Geen hellingsgetal. De grafiek heeft voor `x=0` een verticale asymptoot.
    1. De grafiek is afnemend dalend.
    2. Ongeveer `1,18` g/uur
    3. `-0,62` g/uur
    1. Ongeveer `5,6/5=1,12` m/jaar
    2. Ongeveer `0,4` m/jaar
    3. Als `tijd = 2` jaar, dan is de helling het steilst.
    4. 0 m/jaar
    1. 10
    2. `(5,25)`
    3. Punt `(8,16)` en helling `-6`.
    1. `(2500*1,2^4 - 2500*1,2^0)/(4 - 0) ~~ 671` kg/dag
    2. Ongeveer `945` kg/dag
    3. A
    1. B
    2. `f'(4) = -0,25`
    3. A en C