Veranderingen in grafieken

Antwoorden bij de opgaven

1. 1. `T` neemt toe
   2. `T` neemt steeds sterker toe
   3. Toenemende daling: steeds sterker wordende daling, `T` daalt steeds sneller.
      Afnemende daling: steeds minder sterke daling, `T` daalt steeds minder snel.
2. 1. B
   2. A
   3. `(:2,rarr:)`
   4. min.`f(2)` = 0,5
3. 1. `(:larr,3:)`
   2. B
   3. toenemende daling
   4. D
4. Een minimum bij `x=5`.
5. `(:larr, -1:)`: afnemende stijging
   `(:-1, 0:)`: toenemende daling
   `(:0, 1:)`: afnemende daling
   `(:1, rarr:)`: toenemende stijging
   max.`f(-1)~~4` en min.`f(1)~~-4`
   In `(0,0)` is de daling het snelst, de helling het steilst.
6. `(:larr, -3:)`: afnemende daling
   `(:-3, 0:)`: toenemende stijging
   `(:0, 3:)`: afnemende stijging
   `(:3, rarr:)`: toenemende daling
   max.`f(3)=27` en min.`f(-3)=-27`
   In `(0,0)` is de stijging het snelst, de helling het steilst.
7. 1. max.`f(0)=8`, min.`f(-2)=0` en min.`f(2)=0`
   2. `(:0,1:)`
   3. `text(B)_f = (:0,rarr:)`
8. 1. Na 60 seconden, daar zit een knik in de grafiek en daarna is de daalsnelheid constant.
   2. Die neemt steeds toe.
   3. De grafiek is een rechte lijn. `v=1000//100=10` m/s.
9. Maximumtemperatuur om 14:30 uur, de grafiek gaat daar over van stijgend in dalend.
10. 1. Zijn 17e levensjaar; 27 cm.
    2. Vanaf zijn 13e tot zijn 21e levensjaar.
    3. Vanaf zijn 18e tot zijn 21 levensjaar.
    4. Vanaf zijn 21e levensjaar tot ...?
    5. Vanaf zijn 13e tot zijn 15e levensjaar en vanaf zijn 21e levensjaar tot ...?
11. 1. `(:-2,0:)` en `(:2,rarr:)`
    2. `(:-1,0:)`
    3. max.`f(-2)=8`, max.`f(2)=8` en min.`f(0)=0`