Het begrip afgeleide
Inleiding
www.math4all.nl > MAThADORE-basic HAVO/VWO > 4/5 HAVO wi-b > Afgeleide functies > Het begrip afgeleide > Inleiding
Probeer de vragen bij Verkennen zo goed mogelijk te beantwoorden.
Uitleg
www.math4all.nl > MAThADORE-basic HAVO/VWO > 4/5 HAVO wi-b > Afgeleide functies > Het begrip afgeleide > Uitleg
Lees eerst de Uitleg goed door.
Opgaven
-
Voor de afgelegde afstand `a` van een versnellende zeilwagen in meter geldt: `a=1,2t^2` waarin de tijd in seconden is. In de Uitleg zie je een deel van de grafiek bij deze formule. De gemiddelde snelheid in m/s gerekend over de eerste 4 seconden wordt berekend met behulp van een differentiequotiënt.
-
Bereken de gemiddelde snelheid over de eerste 5 seconden.
-
Je gaat nu de snelheid op `t=5` berekenen.
Bereken eerst het differentiequotiënt op het interval `[5,5 + h]` en vereenvoudig de gevonden uitdrukking voor `h != 0`.
-
Hoe groot is het differentiaalquotiënt en dus de snelheid op `t=5`?
-
Voor de afgelegde afstand `a` van een versnellende zeilwagen in meter geldt: `a=1,2t^2` waarin `t` de tijd in seconden is.
-
Je kunt zelf een formule afleiden voor de snelheid als functie van `t`.
Stel eerst het differentiequotiënt op het interval `[t,t + h]` op.
-
Als `h` de waarde 0 nadert, krijg je de snelheid voor een willekeurige waarde van `t`.
Geef een formule voor de snelheid als functie van `t`.
-
De functie die je hebt gevonden heet de afgeleide van `a(t)`. Welke betekenis heeft `a'(5)` in dit verband?
- `a'(5)` is de gemiddelde snelheid in de eerste 5 seconden;
- `a'(5)` is de afgelegde weg in de eerste 5 seconden;
- `a'(5)` is de snelheid op tijdstip `t=5`
-
Hoe groot is `a'(5)`?
-
Met behulp van de afgeleide kun je vragen beantwoorden als: Op welk tijdstip rijdt de zeilwagen 50 km/h?
Bereken het antwoord op die vraag in stappen:
- Bereken hoeveel meter per seconde de snelheid bedraagt.
- Stel de vergelijking op die je nu moet oplossen.
- Bereken de oplossing.
Theorie
www.math4all.nl > MAThADORE-basic HAVO/VWO > 4/5 HAVO wi-b > Afgeleide functies > Het begrip afgeleide > Theorie
Bestudeer eerst de Theorie. In de opgaven wordt je naar de Voorbeelden verwezen.
Opgaven
-
Hier zie je de grafiek van de functie `f(x) = 4 - 0,25x^2` met domein `[-5,5]`.
-
De hellingwaarde van de grafiek voor `x=1` kun je bepalen met behulp van je grafische rekenmachine en met behulp van het differentiequotiënt op `[1,1 + h]`.
In Voorbeeld 1 kun je nalezen hoe dat in zijn werk gaat.
Bereken het differentiequotiënt op `[1,1 + h]`.
-
Welke hellingwaarde heeft de grafiek nu voor `x=1`?
-
Deze hellingwaarde is tevens de richtingscoëfficiënt van de raaklijn aan de grafiek voor `x=1`.
Stel een vergelijking van die raaklijn op.
-
Gegeven is de functie `f(x) = 4 - 0,25x^2` met domein `[-5,5]`.
-
Met behulp van het differentiequotiënt op `[x,x + h]` kun je de afgeleide van de functie `f(x)` bepalen.
Laat zien hoe dat gaat. Bekijk eventueel Voorbeeld 2.
-
De lijn met vergelijking `y = -2x + 8` lijkt de grafiek te raken.
Laat met een berekening zien dat dit inderdaad het geval is.
-
Bij functies met hogere machten is het berekenen van de afgeleide uit het differentiequotiënt `(f(x+h)-f(x))/h` vaak nogal bewerkelijk. In Voorbeeld 3 kun je nalezen hoe dat in zijn werk gaat bij `f(x)=x^3`.
-
Probeer eerst zelf om de afgeleide van deze functie te bepalen.
Controleer dan je antwoord door naar het voorbeeld te kijken.
-
De hellingwaarde voor `x=2` is:
- `f(2)=8`
- `f'(2)=36`
- `f'(2)=12`
-
Er zijn twee punten op de grafiek van `f` waarin de helling de waarde 6,75 heeft.
Bereken de coördinaten van deze beide punten.
-
Met de grafische rekenmachine kun je een benadering van de hellingsgrafiek tekenen door in het differentiequotiënt een heel klein getal voor `h` te nemen.
Nu je een voorschrift voor de afgeleide hebt, kun je die echter ook rechtstreeks in beeld brengen.
Controleer met behulp van je grafische rekenmachine dat beide manieren dezelfde grafiek opleveren.
-
Welke van de volgende uitspraken zijn juist?
- Als voor een bepaalde functie `g` geldt dat `g'(0)=0` dan heeft deze functie een uiterste waarde voor `x=0`
- Als voor een bepaalde functie `g` geldt dat `g'(0)=0` dan heeft deze functie een horizontale raaklijn voor `x=0`.
- Als voor een bepaalde functie `g` geldt dat er een uiterstewaarde is voor `x=0` dan is `g'(0)=0`.
- Als voor een bepaalde functie `g` geldt dat de grafiek een horizontale raaklijn heeft voor `x=0` dan is `g'(0)=0`.
Verwerken
-
Gegeven is de functie `f(x) = x^2 + 4x`.
-
Bereken het hellingsgetal van de grafiek van `f` voor `x=1` met behulp van het differentiequotiënt op het interval `[1,1 + h]`. Controleer je antwoord met de grafische rekenmachine.
-
Stel een functievoorschrift op voor de afgeleide van `f`.
-
Met behulp van `f'(x)` kun je nogmaals de hellingwaarde voor `x=1` berekenen.
Doe dat en ga na dat je dezelfde uitkomst krijgt dan bij a.
-
De grafiek van `f'` heeft een nulpunt. Welke betekenis heeft dit punt voor de grafiek van `f`?
-
Bereken de hellingwaarde van de grafiek van `f` in zijn nulpunten.
-
De grafiek van `f` heeft precies één punt waarop de helling 2 is. Bereken de coördinaten van dit punt.
-
Voor een lichaam in vrije val (bijvoorbeeld een parachutespringer voordat hij zijn valscherm opent) geldt bij benadering `s(t) = 0,5gt^2` waarin `s` de afgelegde afstand in m na `t` seconden is. `g` is een constante, de gravitatieconstante van ongeveer `9,8` m/s2.
-
Hoeveel bedraagt de gemiddelde snelheid gedurende de eerste 10 seconden vrije val?
-
De snelheid na 10 seconden vrije val is groter dan de gemiddelde snelheid over de eerste 10 seconden.
Laat dit door middel van een berekening zien.
-
Stel een formule op voor de snelheid als functie van `t`.
-
Na hoeveel seconden vrije val beweegt het lichaam met een snelheid van `120` km/h?
-
Een constante functie heeft als voorschrift `f(x)=c`.
Toon aan dat de afgeleide van een constante functie altijd de waarde 0 heeft.
-
Een bepaalde autofabrikant maakt als enige een kleine stadsauto. Voor de totale opbrengst van de verkoop van die auto’s geldt: `TO = 900q - 60q^2` waarin `TO` wordt uitgedrukt in duizendtallen en `q` de geplande productieomvang in honderdtallen per jaar voorstelt. Er wordt van uit gegaan dat alle geproduceerde auto’s ook worden verkocht.
-
Stel een functievoorschrift op voor de afgeleide van deze opbrengstfunctie.
-
Welke betekenis heeft `TO'(5)` voor de opbrengstfunctie?
-
De autofabrikant wil onderzoeken hoe groot zijn productieomvang moet zijn om een maximale opbrengst te krijgen.
Bereken deze productieomvang met behulp van de afgeleide.
Controleer je antwoord met de grafische rekenmachine.
-
De hoeveelheid van een bepaalde giftige stof in het water van een meertje wordt op minder: de stof breekt op natuurlijke wijze af. Voor die hoeveelheid geldt `H(t) = 20 * 0,8^t` waarin `H` de hoeveelheid in milligram per liter is en `t` de tijd (in dagen) is, die is verstreken sinds de stof in het water terecht kwam.
-
Hoeveel gram per liter is er gemiddeld in de eerste vier dagen verdwenen?
-
De afbreeksnelheid van deze giftige stof is op `t=0` hoger dan op `t=4`.
Bepaal beide afbreeksnelheden met je grafische rekenmachine en leg uit waarom ze verschillen.
-
Je zou de afbreeksnelheid ook moeten kunnen berekenen met behulp van een differentiequotiënt.
Daarbij doet zich echter een probleem voor. Welk?
Testen
-
Hier zie je grafiek van de functie `f(x) = 1,5x^2 + 4` op het interval `[-2,4]`.
- Bereken de gemiddelde verandering van `f(x)` op dit interval.
- Stel een functievoorschrift op voor de afgeleide `f'(x)`.
- Bereken de veranderingssnelheid van `f(x)` voor `x=2`.
- Stel een vergelijking op van de raaklijn aan de grafiek van `f` voor `x=2`.
-
De kosten `K` (in euro) voor de productie van `q` liter van een bepaalde chemische stof bedragen `K(q) = 0,1q^2 + 0,7q + 12`.
-
Met behulp van het differentiequotiënt over het interval `[q,q+h]` kun je een formule opstellen voor `K'(q)`.
Stel die formule op, laat duidelijk zien hoe je te werk gaat.
-
Hoe kun je aan de gevonden afgeleide zien, dat de kosten blijven stijgen bij toenemende `q`?