KROMMEN EN OPPERVLAKKEN | Overzicht |
Parabolen | |
Voorbeeld
De parabool p is gegeven door de parametervoorstelling x = 2t + 4 en y = 4t2 + 3. Antwoord
Uit x = 2t + 4 volgt t = 0,5x – 2. Deze vergelijking kun je schrijven als (x – 4)2 = y – 3. De vergelijking van de parabool heeft dus de vorm (x – a)2 = 2p(y – b) met a = 4, b = 3 en p = 0,5.
De as van zo'n parabool is evenwijdig aan de y-as en de top is (4,3). |
|
Inleiding | |
Uitleg | |
Theorie | |
Voorbeeld 1 | |
Voorbeeld 2 | |
Voorbeeld 3 | |
Opgaven | |