WERKEN MET FORMULES Overzicht
Vergelijkingen

Voorbeeld 5

Los de vergelijking 1 x + 2 x+3 =1  zowel algebraïsch als met de grafische rekenmachine op.

Antwoord

De oplossing met de grafische rekenmachine is betrekkelijk eenvoudig:

  • Voer in: Y1=1/X+2/(X+3) en Y2=3.
  • Bekijk de grafieken.
  • Je vindt de twee x-waarden waar Y1 en Y2 gelijk zijn in de tabel, maar exacte waarden vind je niet.
De algebraïsche oplossing gaat bijvoorbeeld zo:

1 x + 2 x+3 = x+3 x(x+3) + 2x x(x+3) = 3x+3 x(x+3) =1

en dus: 3x + 3 = x(x + 3). (Let op dat zowel x ≠ 0 als x + 3 ≠ 0 moet zijn!)

Dit geeft: x2 = 3 en dus x =  3   V  x = – 3 .

Je ziet meteen hoe nuttig algebraïsche methoden zijn: je vindt meteen de exacte oplossingen, terwijl je je anders moet behelpen met benaderingen, die vaak nog lastig te vinden zijn ook...

Inleiding
Theorie
Voorbeeld 1
Voorbeeld 2
Voorbeeld 3
Voorbeeld 4
Voorbeeld 5
Oefenen
Opgaven