MACHTSFUNCTIES Overzicht
Totaalbeeld

Toepassingen

Stel je voor dat een fabrikant zuiver cilindervormige blikken nodig heeft met een inhoud van 1 L. Om de kosten te drukken wil hij zo min mogelijk blik gebruiken. Welke afmetingen moet zo'n literblik krijgen?

Voor een cilindervormig literblik (afmetingen in cm) geldt:

  • de inhoud is: I = πr2h = 1000 cm3
  • de oppervlakte is: A = 2πrh + 2πr2
Uit de formule voor de inhoud volgt: h =  1000 π r 2 318 r 2 .
Dit kun je invullen in de formule voor de oppervlakte. Je krijgt:
A =  636 r  + 2πr

Je kunt nu met de GR een grafiek maken van A als functie van r. Zo kun je bepalen voor welke waarde van r de oppervlakte van het literblik zo klein mogelijk is. En zo bepaal je de afmetingen van het literblik met de kleinste materiaalkosten.

Samenvatten
Achtergronden
Toepassingen
Opgaven