Optellen en aftrekken

Antwoorden

  1. Dit is een inleidende opgave, het is niet erg als je de antwoorden niet weet. Denk er alleen serieus over na... Je weet dan waar de rest van de opgaven over gaat.
    1. 10
    2. Eigenlijk € 18,69, maar dit wordt afgerond op € 18,70.
      Je rekent dit uit door de prijzen van de 10 gekochte dingen op te tellen.
    3. `20,00 - 18,70 = 1,30`.
    1. 38
    2. 38
    3. 211
    4. 156
    1. 11 is de som van 7 en 4.
    2. 3 is het verschil van 7 en 4
    1. 2926
    2. 2136
    3. 21112
    4. 9766
    5. 1133095
    6. 934967
    1. € 3,13 en dat wordt waarschijnlijk € 3,15.
    2. -
    3. `5 - 3,15 = 1,85` dus je krijgt € 1,85 terug.
    1. 17.000 m
    2. 10.000 m
    3. 7000 m
    1. 223,802
    2. 28,818
    1. 2056
    2. 1374
    3. 29,99
    4. 14,79
    5. 0,172
    6. 0,074
    1. 2412 + 8 + 80 + 73 = 2573, dus `2573 - 2412 = 161`.
    2. 5,38 + 0,02 + 0,60 + 0,72 = 6,72, dus `6,72 - 5,38 = 1,34`.
    1. 430
    2. 2024
    3. 1266
    4. 2860
    1. € 23,=
    2. € 4,50 voor de frisdrank, dus waarschijnlijk twee glazen van de goedkoopste frisdrank.
    3. € 17,97
    4. € 43,75 (het 4 gangen verrassingsmenu telt niet, dat zijn meer dan 3 gangen).
    5. € 2,45
  2. Je kunt de getallen 1, 7, 9, 10, 11, 17 en 19 maken.
    (Getallen onder 0 tellen nog niet mee...)
  3. 74611 + 74611 + 2096 = 151318
    1. 10001, er staat: 11 + 6 = 17
    2. 101, er staat: 11 – 6 = 5
    3. 1001011, er staat: 54 + 21 = 75
    4. 100001, er staat: 54 – 21 = 33
    5. 100011 + 1011 = 101110
    6. 100011 – 1011 = 11000